De Proeftuin en AERIUS blikken terug en vooruit op samenwerking

//De Proeftuin en AERIUS blikken terug en vooruit op samenwerking

De Proeftuin en AERIUS blikken terug en vooruit op samenwerking

De samenwerking tussen Proeftuin Natura 2000 Overijssel en AERIUS heeft geresulteerd in belangrijke verbeteringen aan de modellering van emissiemaatregelen van de landbouw. Onlangs blikten LTO Noord en het AERIUS team terug op vier jaar samenwerking en verkenden ze nieuwe vragen om gezamenlijk op te pakken. Zo wordt met het RIVM gekeken naar monitoring van maatregelen rond mestaanwending. Met Alterra vindt onderzoek plaats naar de bijdrage van extra landschapselementen aan het verspreidingseffect van ammoniak.

In Proeftuin Natura 2000 Overijssel is samen met acht Overijsselse veehouders verkend hoe ammoniakemissie terug te dringen is terwijl de bedrijven toch groeien. Het project ging van start in 2011. Cathy van Dijk, projectleider van de Proeftuin: ‘Samen hebben we zo’n 100 maatregelen verkend. In de eerste helft van 2015 maken we de balans op en bereiden we een doorstart voor na de zomer van 2015. Een van de belangrijkste resultaten is dat ook andere maatregelen dan aanpassingen aan de dierhuisvesting een grote emissiereductie kunnen bewerkstelligen. Daarmee heeft de Proeftuin een sterke impuls gegeven om in de PAS ook voer- en managementmaatregelen mee te nemen.’

Vanaf het begin hebben de teams van de Proeftuin en AERIUS samengewerkt. ‘Dat leverde grote meerwaarde’, zegt Van Dijk. ‘Belangrijke voorwaarde voor de geteste maatregelen in de Proeftuin was dat deze ook onderdeel konden worden van de PAS. Dat betekent dat ze ook gemakkelijk met AERIUS door te rekenen moeten zijn.’ In samenwerking met de Proeftuin introduceerde en verbeterde AERIUS de doorrekening van diverse stal-, voer- en managementmaatregelen.

Nieuwe vragen over mestaanwending en landschapselementen
De komende periode wordt met het RIVM de mogelijkheden van landelijke monitoring van nieuwe mestaanwendingsmaatregelen verkend. Van Dijk: ‘Het gaat om maatregelen zoals het verdunnen van mest. De Proeftuin laat zien dat dit soort maatregelen tot zo’n 50 procent emissiereductie kan opleveren en mag rekenen op enthousiasme van de agrariërs. Nu is de vraag of ze ook geschikt zijn om opgenomen te worden in landelijk beleid. Daarvoor is nodig dat de effecten niet alleen per bedrijf, maar ook op landelijke schaal in beeld gebracht kunnen worden.’

Een andere onderzoeksvraag gaat over de effecten van landschapselementen op de verspreiding van stikstof. Zeer relevant voor met name varkens- en pluimveehouderijen die hun stallen toch al landschappelijk moeten inpassen. Bomen rond de stallen en/of rond natuurgebieden kunnen mogelijk de depositie op de gebieden verminderen. RIVM en Alterra verkennen de effecten met simulaties in de landgebruikskaart (LGN) en het verspreidingsmodel OPS dat ook de rekenkern vormt van AERIUS.

Bron: Website Aerius

2015-10-23T09:33:02+02:00