Ontwikkelingsruimte verdienen met ammoniakreductie

//Ontwikkelingsruimte verdienen met ammoniakreductie

Ontwikkelingsruimte verdienen met ammoniakreductie

Melkveehouders kunnen met een combinatie van verschillende voer- en diermanagementmaatregelen, afhankelijk van hun bedrijfsvoering, 20 tot 25 procent ammoniakreductie bereiken. Met het project Borgen van de BedrijfsExcretieAmmoniak (BEA) – onderdeel van de KringloopWijzer – wordt in Overijssel nu onderzocht hoe deze maatregelen gezamenlijk kunnen meetellen bij de vergunningverlening in het kader van de Natuurbeschermingswet (NB). Melkveehouders kunnen zo ontwikkelingsruimte én milieuwinst winnen. Het project dient tevens als voorbeeld voor een mogelijke landelijke aanpak.

Vooral veehouders die kijken naar de ontwikkelmogelijkheden voor hun bedrijf zijn gebaat bij maatregelen die gebruikt kunnen worden bij het aanvragen van een NB-vergunning. In Overijssel werkt de Proeftuin Natura 2000 inmiddels al enkele jaren samen met de provincie om maatregelen verzilverd te krijgen. Met andere woorden, een maatregel wordt op werking, praktische toepasbaarheid, wetenschappelijke onderbouwing, emissie-effect en handhaafbaarheid uitgewerkt en beoordeeld.

Groot aandachtspunt hierbij zit in het feit dat veel van de voer- en diermanagementmaatregelen met elkaar in verband staan en soms op elkaar ingrijpen. Ook is het mogelijk dat een maatregel op verschillende manieren in de praktijk vorm krijgt. Het verlagen van het re-gehalte in het rantsoen kan op diverse manieren. Er leiden dus meerdere wegen naar Rome.

Handhaven op resultaat

Daarom is er binnen de Proeftuin een aanpak ontwikkeld die het mogelijk maakt om op een combinatie van voer- en diermanagementmaatregelen te kunnen handhaven. De kern van het project ‘Borgen van de BEA’ is dat er niet op de toepassing van afzonderlijke maatregelen, maar op het resultaat van die toepassing wordt gehandhaafd. Er wordt door de handhavers gekeken naar de Totale Ammoniakale Stikstof (TAN), ), omdat dat de bron van de ammoniakemissie is.

De Proeftuin zet met hernieuwde energie in op het borgen van de BEA. Met het borgen van de BEA komt het brede scala aan maatregelen die hieronder vallen in aanmerking voor gebruik. De melkveehouder krijgt daarbij dus de mogelijkheid om in te zetten op die maatregelen die het beste bij zijn bedrijfsvoering passen.

Grootste winst

De grootste winst bij het reduceren van de ammoniakemissie zit bij het gebruik van voermaatregelen. Daarmee gaat de veehouder direct met de belangrijkste bron van de ammoniakemissie aan de slag en wordt op alle andere bedrijfsonderdelen emissiereductie geboekt. Zo volgt er een automatische emissiereductie in de stal.

Ook het gebruik van diermanagementmaatregelen kan behoorlijke resultaten laten zien. Samen met de voermaatregelen is 20 tot 25 procent reductie van de ammoniakemissie mogelijk.

Drenthe bij werksessie

Inmiddels heeft een eerste werksessie met handhavers en vergunningverleners plaatsgevonden. Naast de provincie Overijssel doen er ook ambtenaren van provincie Drenthe aan de werksessie mee. Een mooie manier voor hen om het verzilvertraject vanuit Drents perspectief te verkennen. En een mooie manier voor de Proeftuin om extra denkkracht beschikbaar te hebben.

In de werksessie is de methodiek en werkwijze door de Wageningse expert Léon Šebek uit de voeten gedaan. Stap voor stap zijn de deelnemers meegenomen door de wereld van ammoniak, vervluchtigbare stikstof, emissiefactoren en diverse rekenkaders. Wat is een ‘standaard koe’ en hoe kan beter gebruik gemaakt worden van een ‘bedrijfsspecifieke koe’?

Overzicht

In de tweede sessie wordt toegewerkt naar een ingevuld, wetenschappelijk onderbouwd overzicht met de benodigde gegevens. Naast de uitwerking van de methodiek en effecten moet de borgingsparagraaf – dus de bruikbaarheid voor vergunningverleners en handhavers – hierin worden uitgewerkt. Ook zijn dan diverse huiswerkvragen te beantwoorden waarmee straks ook collega-handhavers met deze materie uit de voeten kunnen.

2016-06-06T14:58:00+02:00