Status | Praktijkrijp |
Informatieblad | Vind hier het informatieblad van deze maatregel |
Versie | November 2017 |
Bij het één op één verdunnen van de mest in de kelder is een maximale reductie van 30 procent in de stal te realiseren. Door de verdunde mest vervolgens op het land aan te wenden, is nog eens 40 procent aan ammoniakreductie te verwachten.
De effectiviteit van de maatregel hangt af van de mate van verdunning. Hoe meer verdunning, hoe meer ammoniakreductie. Bij het toevoegen van 50 procent water, halveert de emissie uit de kelder. De kelder is verantwoordelijk voor 50 procent van de totale stalemissie. Aan het begin van de mestronde is de reductie hoog, omdat dan veel water in de kelder zit en nog weinig mest. De reductie neemt daarna gelijk af. Zo is een reductie tot 30 procent mogelijk.
Praktische toepassing
Het toevoegen van water kan door het rechtstreeks in de kelder of silo te pompen. Het verwachte effect is bij de kelder het grootst, omdat hierdoor de stalemissie vermindert. Een andere optie is het toevoegen van water door het sproeien van de roosters of dichte vloer (10 liter m² dag). Het water komt dan vanzelf in de kelder terecht. Dit leidt tot ongeveer 15 procent emissiereductie vanaf de stalvloer.
Verdunnen in de zomermaanden
De melkveehouder moet de positieve effecten van verdunning afwegen tegen eventuele extra kosten voor opslag en aanwending. Het is ook mogelijk om de mest voor kortere perioden te verdunnen in de kelder. Hoe korter de periode van verdunning, hoe lager het reductie-percentage.
Uitgaande van een minimumperiode van vier maanden in de zomer is een reductie van 10 procent te realiseren. In tabel 1 staan de reductiepercentages bij kortere perioden van verdunnen. Omdat er nog geen jaarronde emissiemetingen zijn uitgevoerd, is een eventueel seizoenseffect in deze tabel niet meegenomen.
Verdunde mest uitrijden
Door de verdunde mest uit te rijden is nog een flinke ammoniakreductie te verwachten, tot 40 procent. Daarnaast levert het hogere grasopbrengsten op van 8 tot 17 procent, bleek uit praktijk-proeven (in de zomer).
Praktijkinformatie
Effect op | Beoordeling | Toelichting |
Milieu | +/++ | Afhankelijk van de mate van verdunning. |
Technische resultaat | 0 | |
Diergezondheid | 0 | Minimaal positief effect op gezondheid. |
Welzijn | 0 | Geen effect op welzijn. |
Arbeid | -/0 | Watertoediening kan eventueel geautomatiseerd worden. |
Kosten | -/– | Directe kosten voor water, maar vooral indirecte kosten voor extra opslag en grotere hoeveelheden uit te rijden mest. |
— zeer negatief; – negatief; 0= neutraal; + = positief; ++ zeer positief